Nalatenschap Aafke Scheltes 1 (1731)

Hadden Abe Jelles en zijn zuster Eelk bij de verdeling van de erfenis van hun vader Jelle ruzie, bij de verdeling van de erfenis na het overlijden van hun moeder Aafke Scheltes is het niet veel anders. Uit stukken van het Nedergerecht Doniawerstal blijkt dat ze hun geschil uiteindelijk bijleggen:

Op huiden den 7 maart 1731 om agt uir voor noen is door Bouke Jelles gepraesenteert een brief om te worden geregistreert tot laste van Abe Jelles op de Ouwer  woonagtig, luidende de origenele als volgt:
Also Aefke Scheltes voor eenige tijt op de Olde Ouwer overleden, met er doot heeft nagelaten seker testament in dato den …… waer bij van haar tijdelijke na te latene goederen hadde gedisponeert, en over de wettigheit ofte onwettigheit van ’t selve testament tussen ons, Eelk Jelles, huisvrouwe van Bouke Jelles, tot Langweer en Abe Jelles op de Ouwer woonagtig, beide kinderen van bovengemelte onse moeder, verschil en dispuit ware ontstaen, so ist dat wij tot wegneminge, van alle dispuiten en onenigheden, sijn geaccordeert, so volgt
1 mo  Dat bovengedagte testament voor nul en van geender waarden sal werden gehouden.
2 do  Dat ik Abe Jelles aan mijn suster Eelk Jelles sal geven, betale en uitkere een bed en peul , een mesken aeker  en een strijkijser aenstonts bij ’t vertekenen deses, als mede een hondert caroliguldens  in klinkenden munte, en met geen landschapsobligatie .
3 tio  Dat dese hondert guldens tegens een behoorlijke intrest sal kunnen staen blijven, dog ik sal altijt paraat moeten sijn, om op de eerste aenmaninge soo veel aen mijn suster te betalen als sij begeert te hebben.
4 to  Hier tegens cedere  ik Eelk Jelles en stae aen mijn broeder in eigendom toe al ’t gene onse moeder heeft nagelaten niets uitgesondert.
Wij contrahenten  onse oneenigheden, aldus geassopieert  hebbende, so beloven wij malcanderen ’t effect dies te sullen presteren onder verbant onser goederen, submissie  van ’t Hof van Vriesland en alle geregten, ’t oirconde onse handen en de hant van Bouke Jelles neffens sijn huisvrouw, in teken van approbatie , sampt  de hant van de secretaris Tadema als getuige den 15 februari 1731 was vertekent.

Eelk Jelles  Bouke Jelles  Abe Jelles  C. Tadema