Nederlands-Indië

Bewijs ingeleverde rijksgoederen (1948)

Als Rindert Brandsma begin 1948 in Bandoeng een telegram van zijn vrouw Anna ontvangt, blijkt dat hij per eerstvolgende boot mag terugkeren naar Nederland. In Batavia levert hij zijn militaire goederen in. Een geweer natuurlijk, maar ook een kompas en een kaartentas. Dertien stuks uitrusting in totaal. Fourier Van Driel tekent voor ontvangst. 

Telegram inzake terugkeer naar Nederland (1948)

Op 27 november 1947 stuurt Anna Batenburg een brief aan Koningin Wilhelmina. Zij vraagt daarin om de versnelde terugkeer van haar man Rindert Brandsma naar zijn gezin met drie jonge kinderen. De koningin verzoekt op 30 december de minister van oorlog de zaak te bekijken.

Brief inzake terugkeer naar Nederland (1948)

Op 5 februari 1947 vertrekt Rindert Brandsma per schip naar Nederlands-Indië. Hij laat zijn hoogzwangere vrouw Anna met twee kleine kinderen in Amsterdam achter. Een maand later komen ze in de haven van Batavia (Tandjong Priok) aan. Gedurende enkele maanden is het onderdeel van Rindert belast met de bewaking van één van de havens en van de gevangenis.

Schepen: ss Groote Beer

Met dit schip, dat door Nederland als troepentransportschip werd ingezet, vaart Rindert Brandsma begin 1948 vanuit Batavia naar Amsterdam. Op 19 maart 1948 zet hij weer voet op Nederlandse bodem.

Nederlands-Indië: Voetbalwedstrijd in Kalappangnunggal (1947)

Als het onderdeel van Rindert Brandsma in 1947 in Nederlands-Indië aankomt, wordt het in eerste instantie belast met de bewaking van één van de havens van Tandjong Priok. Na enkele maanden worden ze overgeplaatst naar een stelling in de oude demarcatielijn bij het dorpje Kalappangnunggal. Daar doen ze patrouillewerk. Op een dag gaat Rindert op bezoek bij de 'loera' (een soort burgemeester) van de kampong. Hij schrijft daarover in zijn boek Herinneringen uit mijn leven:

Nederlands-Indië: Op bezoek in de kampong (1947)

Als Rindert Brandsma een maand of drie in Nederlands-Indië is gelegerd en bewakingsdiensten heeft gedraaid in de haven van Tandjong Priok, verhuist hij met zijn onderdeel naar de andere kant van de stad. Daar gaan ze een gevangenis bewaken. Hij schrijft daarover in zijn boek Herinneringen uit mijn leven:

Nederlands-Indië: Tandjong Priok (1947) 2

Rindert Brandsma (links) met majoor Buyze in het zwembad van Tandjong Priok. Zwemmen kon Rindert niet, hij had dat nooit geleerd.
Hij 'zwom' half op zijn zij in het water en trappelde wat met zijn benen en armen. Hij kwam ermee vooruit, dat wel. In zijn boek Herinneringen uit mijn leven schrijft Rindert:

Nederlands-Indië: Tandjong Priok (1947)

Op 5 februari 1947 vertrekt Rindert Brandsma met het 4e Bataljon van het 8e Regiment Infanterie naar Nederlands-Indië. Gedurende enkele maanden is het onderdeel van Rindert belast met de bewaking van een van de havens van Tandjong Priok en van een gevangenis. Op de foto van links naar rechts Jan van Andel, Niekus, Buijze, Kees en Rindert.

In zijn boek Herinneringen uit mijn leven schrijft Rindert:

Inhoud syndiceren